dinsdag 25 september 2012

Gezellig een potje kaarten!


Een potje kaarten, daar hebben de leerkrachten van deze tijd toch helemaal geen tijd voor! Wel als je het TPACKspel speelt.


Als je dit kaartspel goed kunt spelen dan ben je de leraar van de toekomst! Iemand die mee gaat met de ontwikkelingen, creatief is, open staat voor veranderingen en aansluit bij de behoefte van de kinderen. Door dit kaartspel te spelen wordt je wijzer in je lessen ontwerpen en zul je de kinderen op een actieve manier bij de les betrekken.

Wat is TPACK eigenlijk?
Het TPACKmodel is ontwikkeld om leerkrachten op een andere manier naar ICT te kijken. Door het model toe te passen leren leerkrachten hoe ze ICT op verschillende manieren kunnen inzetten in hun lessen.  In het model zie je 3 cirkels technologische kennis, pedagogische kennis en vakinhoudelijke kennis.


Het onderwijs van vroeger had alleen plaats voor de vakinhoudelijke kennis en de pedagogische kennis van de leerkracht, deze stonden in het voorbereiden van lessen dan ook centraal.
In deze tijd zijn die 2 elementen niet genoeg. Om aan te kunnen sluiten bij de ontwikkelingen en de belevingswereld onze kinderen hebben we ook technologische kennis nodig. Deze kennis uitzicht in het inzetten van ICT.  

Binnen de cirkel zie je overlappingen. De overlapping van vakinhoudelijke kennis en pedagogische kennis, vakinhoudelijke kennis en technologische kennis , pedagogische kennis en technologische kennis en tot slot de overlapping van alle 3 de cirkels.
Die laatste overlapping is op dit moment het belangrijkste. Als leerkracht moet je naar deze overlapping toe. Door deze 3 elementen in je les naar voren te laten komen zullen de kinderen actiever leren en zul jij een leerkracht zijn van de 21ste eeuw! 


Hoe moet ik dat dan doen?
Het TPACKspel helpt de leerkrachten om keuzes te maken binnen het ontwerpen van lessen. Tijdens het spelen van het spel maken ze een keuze om de verschillende ICT  mogelijkheden in te zetten. Door steeds een andere ICT mogelijkheid te trekken of bewust te kiezen leer je hoe je met de verschillende ICT mogelijkheden kunt omgaan binnen je lessen.
Hier een aantal voorbeelden van de ICT mogelijkheden met daarbij een site die de ICT mogelijkheid laat zien.
Videoclips: http://www.youtube.com/?gl=NL&hl=nl
WIKI: http://www.wikikids.nl/
Concept mapping: http://www.text2mindmap.com/
Tekenprogramma: http://www.drawingnow.com/draw-online/
Weblog: www.blogger.com
Smartboard: www.kleuter-fl-ow.jouwweb.nl 


Over naar het spelen van het spel!
Zo nu weet je genoeg over TPACK en ben je klaar om mijn eigen ervaring van het spelen van het spel te lezen. Ter introductie van het spel kregen we een PowerPoint en filmpje te zien met daarin uitleg over het TPACKmodel en de leerkracht van de 21ste eeuw.

Na deze uitleg zijn we
begonnen met kaarten! Het kaarten ging als volgt. Je moest met een groepje van 4 á 5 personen steeds van ieder onderdeel vakinhoudelijk kennis, technologische kennis en pedagogische kennis een kaartje trekken. Op deze kaarten werd een onderwerp, ICT mogelijkheid en werkvorm gegeven. Bij ons zal dat er zo uit:
Vakinhoudelijk: Soep maken
Technologisch: Sociale netwerken
Pedagogisch: Zelfstandig werken
Met deze 3 kaarten moesten wij een les gaan ontwerpen. De kaarten kregen bij onze groep de volgende uitvoering:
Vakinhoudelijk: Soep maken:Ingrediënten mee nemen en soep maken.
Technologisch: Sociale netwerken:Koks zoeken via de sociale media.
Pedagogisch: Zelfstandig werken: Iedereen zoek zelf naar informatie.
Nadat iedereen zijn lesideeën met elkaar hadden gedeeld kregen we de opdracht om de technologische kaart (ICT mogelijkheid) te wisselen.
Technologie: WIKI:uitvoering: gezamenlijk een WIKI maken met daarop de recepten, variaties.

En nu moeten we het helemaal zelf doen!
Na de 2 oefenopdrachten kregen we de opdracht om zelf een onderwerp te kiezen (vakinhoudelijk kennis) en daaraan zoveel mogelijk technologische kennis te koppelen.
Vakinhoudelijk: Dierendag
Technologisch:
WIKI, digiboard, digitale camera, smartboard, mindmapping.
Na het bespreken van alle mogelijkheden hebben we het spel afgesloten.

Het spel is uitdagend om te spelen. Doordat in het begin blind een kaart moet trekken ontstaat de uitdaging om de 3 kaarten aan elkaar te koppelen en een les te ontwerpen die goed in elkaar zit. Je kiest door deze werkvorm niet meteen voor de bekende weg en leert dus met andere ICT mogelijkheden te werken. Door samen in de groep de mogelijkheden te bespreken ontstaan er veel ideeën. Bij dezen geeft ik de spelmakers een top en een tip!

Top: Goed instrument om over een drempel heen te stappen!
TPACK te game vind ik zelf gewoon in 1 woord TOP! Dit omdat het spel veel leerkrachten die totaal geen idee hebben van de mogelijkheden die er zijn op het gebied van ICT en soms ook nog de verschillende werkvormen inzicht geven. Deze inzichten zijn duidelijk en ook makkelijk toe te passen.
Het spel is overzichtelijk en geeft meteen een oplossing weer. Je kunt door de handreiking die het spel je geeft op internet makkelijk naar ICT tools gaan zoeken en deze zelf beoordelen en inzetten.

Tip: Laat het zelf dan ook zien!
De manier waarop TPACK de game wordt gepromoot in de klas vind ik niet zo flitsend. Ik mis hierbij juist de ICT mogelijkheden die ze de leerkrachten willen aanbieden. Zelf lijkt mij het leuk om tijdens het spelen van het spel ook echt met beeldmateriaal te komen en juist site te zoeken waar je bepaalde ICT mogelijkheden kunt zien en uitproberen.

V.I.S(ites) 
1: http://www.tpack.nl/index.html
Hier krijg je alle uitleg over TPACK en ook het spel. Je kunt zelf het spel downloaden!

2: http://mbo.kennisnet.nl/category/tpack-2/
Hier vind je alles!

V.I.P

Verwelkom het passend onderwijs! Of toch liever niet?


Passend onderwijs is de laatste tijd veel in het nieuws geweest. Vanwege de bezuinigen binnen het passend onderwijs is er veel ophef ontstaan. Ophef over of de plannen van het ministerie van OCW wel realistisch is en of ze aan onze leerlingen denken.
Het Passend onderwijs is in 2005 ingevoerd om juist leerlingen ondersteuning te bieden. Maar door de bezuinigingen wordt het aanbieden van extra ondersteuning steeds moeilijker.
Van de leerkrachten binnen het reguliere onderwijs wordt steeds meer gevraagd omdat zij veel meer leerlingen met verschillende problematieke in hun klas hebben zitten. En ons mooie speciale onderwijs gaat door deze bezuinigingen voor de bijl.
Als je naar de uitgangspunten van het toepassen van het passend onderwijs van het kabinet kijkt dan vraag ik me af of ze wel realistisch denken!

'' D
e uitgangspunten?
  • Het kind moet centraal staan. Dat betekent dat het aanbod moet worden afgestemd op de behoeften van elk kind afzonderlijk.
  • Passend Onderwijs houdt in dat een kind, door middel van overleg tussen schoolbestuur en ouders, op een school wordt geplaatst waar de mogelijkheden van het kind het meest tot zijn recht kunnen komen. Dat kan zowel binnen het regulier of het speciaal onderwijs zijn, maar tussenvormen zijn ook mogelijk. De mening van ouders moet daarbij serieus worden meegenomen.
  • De kwaliteit van het onderwijs goed moet zijn, zodat ouders erop kunnen vertrouwen dat het onderwijs van goede kwaliteit is.
  • Leerkrachten moeten voldoende bekwaam zijn om Passend Onderwijs in de klas te realiseren.
  • Het zorgaanbod van de school en de jeugdzorg (+AWBZ-zorg) voor kinderen die ondersteuning nodig hebben moeten goed op elkaar afgestemd zijn.
  • Het proces van indicatiestelling moet minder bureaucratisch en moet meer handelingsgericht zijn. Dat wil zeggen dat het antwoord moet geven op de volgende vraag: wat willen we met deze leerling bereiken in het onderwijs en wat is daarvoor nodig?
  • De middelen die beschikbaar zijn voor zorgleerlingen en die vrijkomen voor de invoering van Passend Onderwijs dienen hoofdzakelijk ten goede te komen aan het primaire proces: dus ten behoeve van het werken in de klas.
  • Op Rijksniveau dienen de uitgaven voor extra zorg beheersbaar te zijn.
Deze uitgangspunten zijn leidend bij de invoering van Passend Onderwijs.''
Bron: http://www.ouders.net/school-en-thuis/onderwijsthemas-/160-passend-onderwijs-is-maatwerk-voor-ieder-kind.html

In dit mooie plan het ik een aantal uitgangspunten rood gemaakt, omdat ik denk dat deze niet haalbaar zijn.
Het kind moet centraal staan. Dat betekent dat het aanbod moet worden afgestemd op de behoeften van elk kind afzonderlijk.  Hoe wil je nu alle kinderen binnen een groep van 30 kinderen centraal stellen als er ook nog eens 5 extra zorg nodig hebben. In de praktijk zie je nu vooral dat leerkrachten soms te veel gericht zijn op alleen de zorgleerlingen de middenmoot die is daar het dupe van. Daarnaast wil het ook niet zeggen dat als je 5 zorgleerlingen in je klas hebt dat zij allemaal de zelfde zorg nodig hebben. Helaas kun je als leerkracht niet altijd een duizendpoot zijn.

Sketches gemaakt door Kees van Amstel en Dian Liesker voor Leraar24 van de NTR.

Leerkrachten moeten voldoende bekwaam zijn om Passend Onderwijs in de klas te realiseren.
Als leerkracht betekend dit dat je veel kennis moet hebben over de verschillende problematieke die bij jou in de klas en op school aanwezig zijn. Leerkrachten van het reguliere onderwijs kunnen hiervoor leerkrachten raadplegen vanuit het speciaal onderwijs. Om de samenwerking tussen reguliere onderwijs en het speciaal onderwijs spoel te laten verlopen zijn er samenwerkingsverbanden.
Het ministerie van OCW wil de leerkrachten ondersteuning bieden in hun ontwikkeling. Dit willen ze doen door vanaf 2012 extra budget te geven aan schoolbesturen om leerkrachten verder te scholen.

Passend Onderwijs houdt in dat een kind, door middel van overleg tussen schoolbestuur en ouders, op een school wordt geplaatst waar de mogelijkheden van het kind het meest tot zijn recht kunnen komen. Dat kan zowel binnen het regulier of het speciaal onderwijs zijn, maar tussenvormen zijn ook mogelijk. De mening van ouders moet daarbij serieus worden meegenomen.
Natuurlijk kunnen niet alle leerlingen binnen het reguliere onderwijs worden opgevangen, daarom blijft het mogelijk om 70.000 leerlingen in het (v)so te plaatsen. Dit klinkt misschien veel maar als je naar de berekeningen kijkt van het CBS dan zie je een groei van leerlingen in het speciaal onderwijs. De leerlingencijfers komen nu misschien nog wel overeen maar hoe vaak hoor je niet binnen een school of van ouders dat kun kind de begeleiding niet krijgt die hij/zij nodig heeft. Het plaatsen van leerlingen wordt alleen maar moeilijker en dit levert geen bijdrage aan de ontwikkeling van onze leerlingen. 

In het schooljaar 2010/’11 zaten er bijna 69 duizend leerlingen op speciale scholen. In het schooljaar 2003/’04 waren dat er nog 54 duizend.

Leerlingen op speciale scholen


Op de site van de rijksoverheid zijn ook leerlingencijfers te vinden van het aantal zorgleerlingen, deze staan totaal niet in verhouding met het aantal toelatingen in het speciaal onderwijs van 70.000 leerlingen. '' De totale groep zorgleerlingen (zowel lichte als zware zorg) is gestegen van afgerond 231.000 in 2003 naar afgerond 266.000 in 2009 (een stijging van 15%).'' 
Bron: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/onderwijs/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3527-wm.htm
De bezuinigen die worden doorgevoerd van 300 miljoen euro op het passend onderwijs dragen al helemaal geen steentje bij het verbeteren van de zorg binnen het onderwijs. 


Volgens het ministerie van OCW is het  realistisch om deze maatregel te nemen maar volgens deze mensen (op de foto) klopt het helemaal niet!


Op 6 maart 2012 zijn er massale stakingen en de protestborden zijn duidelijk!

Ik heb het zelf gezien
Mooi gezegd maar gaat dat wel zo makkelijk in de praktijk. Er zit natuurlijk wel een verschil tussen een bom volle klas van 30 leerlingen en 5 zorgleerlingen en een klas van 14 leerlingen en 14 zorgleerlingen. Dat klinkt misschien een beetje raar, maar het is wel waar. Vanuit mijn stage ervaringen binnen het reguliere onderwijs, SBO en het speciaal onderwijs kan ik zeggen dat de klassen er wel echt zo uit zien.
Toch zit er een groot verschil tussen de scholen van het speciaal, SBO onderwijs en het reguliere onderwijs. Het belangrijkste verschil is de kennis die leerkrachten hebben! Kennis over de problematieke die kinderen kunnen hebben. Op het speciaal onderwijs zie je dat leerkrachten niet meer lang hoeven na te denken als ze moeten handelen, dit omdat ze door kennis en ervaring weten hoe het moet. In het reguliere onderwijs is de kennis vaak ver te zoeken. Deze leerkrachten willen vaker wel maar kunnen het niet door gebrek aan kennis. Een strak georganiseerde groep van 14 zorgleerlingen met ieder hun eigen problematiek is vaker makkelijker te begeleiden dat een groep van 30 leerlingen waarvan 5 zorgleerlingen. Zowel de kennis als de strakke organisatie binnen een speciaal onderwijsschool zorgt ook voor het succesvol begeleiden van zorgleerlingen!
Een film over Passend Onderwijs voor leerlingen met een grote structuurbehoefte in het regulier basisonderwijs.
Bron: www.youtube.nl


Minister van OCW laat de kennis van de leerkrachten in het speciaal onderwijs AUB niet verdwijnen en laat onze leerlingen ontwikkelen op een veilige manier!

woensdag 19 september 2012

kleuter-fl-ow.jouwweb.nl


Ons onderwijs verandert razendsnel en dat maakt het moeilijk om alle nieuwe veranderingen bij te houden. Werkt u met kleuters en kunt u hulp gebruiken op het gebied van mediawijsheid, het Digibord, de nieuwste technologische ontwikkelingen en leuke lesideeën? Dan bent u bij ons adviesbureau aan het juiste adres!

Meer info? Bekijk onze website!
www.kleuter-fl-ow.jouwweb.nl

Suzan- Sonja-Ellen

zondag 16 september 2012

21th century skills


 De 21th century skills vertaald 21ste eeuw vaardigheden, deze vaardigheden hebben alles te  maken met de veranderingen van 21ste eeuw. Vanuit deze veranderingen is er een nieuwe cultuur ontstaan waarin de 21ste eeuw kinderen zijn opgegroeid. Hiernaast kun je een voorbeeld van een 21th century kid zien. Om deze kinderen in het onderwijs te voorzien in hun behoefte moeten leerkrachten aandacht besteden aan 7 vaardigheden;
-Samenwerken
-Communicatie
-ICT- geletterdheid
-Sociale en/of culturele vaardigheden       
-Creativiteit
-Kritisch denken
-Probleemoplossend vermogen.
In de blog zal ik een paar 21 eeuw vaardigheden toelichten.

Communiceren
Tegenwoordig communiceren we op heel veer verschillende manier. We maken gebruik van directe en indirecte communicatie. Bij directe communicatie communiceren we zonder technische hulpmiddelen, denk hierbij aan het voeren van een gesprek met een leerling in de klas of leerlingen onderling op het speelplein. Deze communicatie heeft een belangrijke rol om leerlingen ook te leren hoe ze indirect moeten communiceren. Hiermee bedoel ik dat het als leerkracht belangrijk is om in de klas met de kinderen aandacht te besteden aan de communicatie die kinderen hebben via internet bijvoorbeeld via de sociale media sites hyves, facebook, twitter ect. Naast het communiceren via internet zijn de telefoons en e-mails  natuurlijk ook wegen om te communiceren.
Als je dit leest dan vraag je jezelf misschien af waar de non- verbale communicatie is gebleven. Bij de directe communicatie is deze natuurlijk altijd aanwezig maar misschien denk je van niet maar de non- verbale communicatie heeft bij de indirecte communicatie ook een rol gekregen. Denk hierbij aan de smilies die kinderen kunnen gebruiken bij het typen van een bericht!

                                                           


Samenwerken
Als leerkracht is het heerlijk om voor een klas te staan die het met elkaar kan vinden en ook goed kan samenwerken. Samenwerken is een belangrijk onderdeel geworden om het onderwijs van nu optimaal en actief te maken. Op scholen is dit vaak vooral terug te zien in het gebruiken van coöperatieve werkvormen. Dit in de offline manier van samenwerken maar we kunnen ook online samenwerken. Kinderen kunnen bijvoorbeeld met elkaar kennis delen via internet en kunnen ook samenwerken met kinderen of andere personen die hen verder kan helpen met een onderwerp waar ze aan het werken zijn. Denk hierbij aan het inzetten van Skype, het maken van een Yurls of het afspreken via een chatbox om met elkaar informatie uit te wisselen.

ICT- geletterdheid
ICT-geletterdheid heeft alles te maken met verantwoord, doelmatig en het veilig gebruiken van technologie.  Zoals ik al onder het kopje communiceren beschreef, kinderen zijn al ontzettend handig en veel bezig met verschillende communicatiemiddelen. Natuurlijk komen bij de ICT- geletterdheid ook nog andere technologische hulpmiddelen erbij, denk bijvoorbeeld aan de iPad. Kinderen gebruiken vooral internet veel om bijvoorbeeld informatie op te zoeken voor een werkstuk, hierbij is het belangrijk dat ze leren effectief en dus doelmatig te zoeken. Veiligheid is bij dit onderwerp ook een hot item, vooral bij ouders. Ouders willen graag weten hoe ze hun kinderen veilig op internet kunnen laten surfen. Als leerkracht ligt ook hier weer een taak! Je moet zelf bekend zijn met de nieuwe technologische ontwikkelingen en als het kan ook gebruiken binnen je onderwijs. Daarnaast is het belangrijk om het doelmatig gebruiken en veilig gebruiken van ICT een onderwerp van gesprek te laten zijn. Jij moet de meer wetende partner zijn die de kinderen in deze tijd verder kan helpen.

Creativiteit en probleemoplossend vermogen.
Deze 2 vaardigheden heb ik aangekoppeld omdat ik zelf vind dat vanuit je probleemoplossend vermogen vaak te zien is hoe creatief je bent. Tegenwoordig wordt er in het onderwijs vaak aan kinderen vraagstukken voorgelegd waar de kinderen over kunnen nadenken, onderzoeken of discussiëren. Tijdens het zoeken naar een lossing komt de vaardigheid  probleemoplossend vermogen naar voren. Sommige kinderen kunnen dit heel goed en andere zitten al snel vast in het vraagstuk. Dit heeft ook te maken met hoe creatief je bent. Kinderen die vindingrijk, lef hebben, en vol energie zitten om het vraagstuk op te lossen hebben hun probleemoplossend vermogen vaker dan ook beter ontwikkeld. Als leerkracht moet je hierbij zorgen dat je de kinderen vraagstukken voorlegt en de kinderen laat denken. Niet alleen na denken over de oplossing maar ook over welk talent ze misschien wel kunnen gebruiken van een kind.

Is het allemaal een beetje duidelijk? Dan ga nu maar snel aan de slag!
Als je meer wilt weten over het onderwerp dan raad ik je aan om de onderstaande links en literatuur te raad plegen.

Volgen!
Wilfred Rubens en Josee Bours zijn twee personen die gezamenlijk een presentatie hebben gemaakt over wat de 21ste eeuw vaardigheden nu betekenen en hoe dat eruit ziet in de praktijk.
In deze presentatie wordt het deelonderwerp creativiteit en technologie steeds aan elkaar gekoppeld.
Dit is de link naar de presentatie: http://www.slideshare.net/wrubens/leren-in-de-21ste-eeuw-presentation
Verder kun je op de blog van Wilfred Rubens ook een blog vinden over de 21th century skills, http://wilfredrubens.typepad.com/wilfred_rubens_weblog/2010/07/eindelijk-aandacht-in-nederland-voor-21st-century-skills-in-.html

Dan heb ik nog een blog gevonden van Marijke Kaatee zij heeft taal en letterkunde gestudeerd. Op dit moment werkt ze zelfstandig al adviseur en geeft ze onderwijs en taaladvies. Op haar site staan ook verschillende blogs over de 21th century skills.
Dit is de link naar de site van Marijke Kaatee:
http://www.kaatee.com/blog/?cat=57

Lezen!
Om een goed beeld te krijgen van hoe je de vaardigheden creatieve en sociale vaardigheden kunt toepassen in de praktijk.
In het boek ‘Sociale Media op de Basisschool’ wordt door 21mensen uit het basisonderwijs antwoordt gegeven op de vraag; ‘hoe kun je sociale media op een goede manier inzetten in het basisonderwijs?’.  Je kunt het boek downloaden bij de site van de stichting Mijnkindonline.nl, Kennisnet.nl en Mediawijzer.net.
http://dossiers.kennisnet.nl/dossiers/mediawijsheid/schoolprofiel-nieuwe-media-voor-creatieve-en-sociale-vaardigheden/

Groetjes,
Sonja

vrijdag 14 september 2012

21ste eeuw + onderwijs= ?


Hoe zie jij het onderwijs in de 21ste eeuw? Dat is een belangrijke vraag die ik als toekomstige leerkracht me moet stellen. Om inzicht te krijgen in het onderwijs van de 21ste eeuw heb ik samen met mijn medestudenten van de minor klas Digicoach het spel 021 gespeeld. 021 Spel  is een spel dat gericht is om informatie te geven en zelf te gaan nadenken over het onderwijs in de 21ste eeuw. De doelgroep die de spelmakers willen aanspreken zijn  leerkrachten en schoolleiders.

Het spel is opgebouwd  rondom de cirkel van het onderwijs in de 21ste eeuw. Alle 7 vaardigheden komen in het spel aanbod.




Het 021 spel kun je op verschillende manier spelen, alle werkvormen die worden aangeboden heeft als hoofddoel om te discussiëren en zelf na te denken over het onderwijs in de 21ste eeuw.
Hieronder kun je lezen hoe wij het spel hebben gespeeld en hoe ik het heb ervaren. 


Verstrikt in het web van de 7 vaardigheden.
Om te beginnen zijn we gestart met de 7 vaardigheden centraal te stellen, door in groepjes allemaal 1 vaardigheid te verdiepen in een woordweb. Na enkele minuten hebben we de vaardigheden allemaal gewisseld, op deze manier heeft iedere groep 2 vaardigheden moeten uitwerken.  Uiteindelijk hebben we alle vaardigheden nog eens  kort besproken. De opdracht vond ik niet heel boeiend, dit omdat ik aan het einde van de activiteit nog steeds niet goed wist wat de vaardigheden nu precies betekende.

Waar moet ik kijken?
Na het maken van de woordwebben hebben we het volgende filmpje gekeken.

Dit filmpje gaf ons informatie over hoe de het onderwijs in de 21ste uit moet komen te zien om tot goede leerresultaten te komen en aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen. Deze informatie was leuke en boeiend om te zien, alleen werd de informatie te snel en druk weergeven.

Lekker discussiëren.  
Het moment van de 40 stelling is na het bekijken van het filmpje eindelijk aangebroken. Discussiëren met toekomstige leerkrachten over het onderwijs gaf pit aan het spel! Vanaf het moment dat de Mentimeter tevoorschijn kwam en we moesten stemmen vond ik mezelf pas echt deelnemen aan een spel. Het discussiëren is op zich geen spel maar het maakte het onderwerp wel levendig en gaf een goede weergave van de inhoud.

Teken het maar.
Na een flink discussie wordt het tijd om af te koelen en na te denken over hoe de leraar van de toekomst eruit ziet. In groepje van 3 á 4 personen hebben we allemaal de leraar van de toekomst moeten tekenen. Deze opdracht was een goede manier om na te denken over welke vaardigheden een leerkracht moet hebben in de toekomst. Overigens vond ik deze opdracht zelf niet zo spannend omdat dit eigenlijk min of meer al terug is gekomen in het bespreken van de 7 vaardigheden.

Hier moeten we goed over nadenken.
Als eindopdracht hebben we allemaal ,per adviesbureau,  een visie moeten maken voor ons ‘’ eigen bedrijf’’.  Deze opdracht was nuttig  en af ons inzicht over wat we centraal wilde stellen als adviesbureau. Tevens gaf deze opdracht aan dat we de inhoud van het 021 spel hadden begrepen en ook konden toepassen in de praktijk.

Niet te snel AUB!
Om het het spel 021 goed te kunnen spelen en ook veel informatie te kunnen opnemen, lijkt het mij verstandig om het spel op te delen. Hiermee bedoel ik dat je beter de activiteiten over 2 dagen kunt opdelen dan alles meteen in 1 keer uit te voeren. Door dit te doen zul je meer tijd hebben om de 7 vaardigheden  uit te werken. Dit zorgt er namelijk voor dat je weet waar het hele spel nu over gaat. Als deze  informatie niet goed wordt opgenomen dan is rest van het spel te vaag en ben je het spel niet optimaal aan het spelen.

Spel of toch liever studiedag?
Tot slot wil ik het woord spel vervangen in studiedag. Ik denk dat het woord studiedag meer aansluit bij de activiteiten die we hebben uitgevoerd dan spel. Verder wil ik eraan toevoegen dat studiedag 021 een goede manier is om inzicht te krijgen in het onderwijs in de 21ste eeuw en mij verder heeft geholpen om een leerkracht van de toekomst te worden. 

Groetjes,
Sonja@klaarmethetreviewenvanhet021spel.nl




woensdag 29 augustus 2012

Wat stem jij?

www.leraar24.nl/video/2132
Het digitale bord hangt in de klas en nu wil je er dan ook leuke dingen mee doen! Iets wat erg actief werkt bij kinderen is het gebruiken van stemkastjes tijdens verschillende lessen. De kinderen krijgen allemaal een stemkastje die in verbinding staat met de computer en dus  ook het digitale bord. De kinderen krijgen steeds een vraag op het bord te zien en moeten via het stemkasje antwoord geven.

Deze manier van werken zorgt ervoor dat alle kinderen actief bezig zijn met de lesstof en het is een nieuwe uitdagende manier voor de kinderen om zelf het antwoord te willen geven.
Er zitten nog meer voordelen aan het gebruiken van stemkastjes. Je kunt namelijk ook de resultaten zichtbaar maken als je namen invoert. De leerkracht kan de resultaten inzien en vanuit daar zien welke kinderen het hebben begrepen en welke kinderen het nog moeilijk vinden. Verder is het gebruiken van de stemkastjes eenvoudig en zou je het dus in iedere groep kunnen toepassen.

Natuurlijk zijn er ook nadelen. Nu is het nog nieuw en spannend voor de kinderen om de stemkastjes te gebruiken maar is dat ook als je ze in een lagere tijd vaker inzet?!  Verder is een nadeel dat de aanschaf duur  is.

Wat stem jij? Op mijn school wil ik graag gebruik maken van stemkastjes?
A: Ja
B: Nee


Groetjes,
Sonja